maandag 30 september 2013

De H van Harald

Zoals al aangekondigd bij het verhaal van Grant is het nu tijd voor de H van Harald. Toch wel heel bijzonder want Harald is de man waar ik voor het eerst van mijn leven een nacht mee doorbracht.

Harald (met een harde ‘r’).
uiterlijk: 1.81m, een aardig hoofd met een leuke lach, maar in verhouding een klein hoofdje bij zijn ongelofelijk grote spierballen (formaat: watermeloen), verder gebruind (oke een beetje geolied), een gouden ketting, en fantastisch bruine ogen.
Sterrenbeeld: leeuw.
locatie: NS intercity. (ik weet zelfs het traject nog, en het treinstelnummer: 4792).

Voorjaar 2003. Ik ben een weekend bij Eva thuis geweest (toen we nog thuis woonden met ouders, huisdieren en zusjes). Het is een uur of half drie als zij mij op de trein terug naar mijn ouders zet, om precies te zijn is het een intercity met eindbestemming Roosendaal, en het is treinstel nummer 4792. We hebben nog even heel hard staan lachen op het perron want het weekend bevatte voor ons nogal wat wilde elementen (we waren nog geen twintig) want we waren naar een wodkafeestje geweest, waar ik dronken werd met Chris (vriend van Eva), met hem ging zoenen in een hoekje, om vervolgens mee de stad in te gaan en oe oe oe een kroket at bij de FEBO.

Als de trein keurig op tijd binnenrijdt stap ik helemaal vooraan in. De hele coupé is leeg, op 1 man na. Die man is gekleed in een hemdje zonder mouwen waardoor ik bijzonder goede spierballen ontwaar. Ik moet nu eerst even een en ander in perspectief zetten. In mijn tienerjaren was mijn droomman Peter André. Juist ja, die van ‘Mysterious Girl’, die dat lied zingt in een zwembad met een open blouse en in geolied en wel en met de nodige gouden accessoires  soepele heupbewegingen maak (ik zou zeggen: google eens, het kan niet missen). Ik weet niet zo goed waar dat vandaan kwam, maar in ieder geval was ik toentertijd gefixeerd op dit soort zeer mannelijke verschijningen.

Terug naar de voorste coupe van treinstel 4792. De man zit in een vierzits terwijl de rest van de coupé tweezits zijn, en die in principe ‘achteruit rijden’. Ik ga heel zelfverzekerd tegenover de spierballen man zitten met de opmerking: ‘ik kom even hier zitten, want ik word misselijk als ik in de trein achteruit rijd’. Spierbal kijkt op, lacht en zegt: o natuurlijk.
Voor de vorm pak ik mijn leesboek (waarschijnlijk een boek als: blond, blonder,blondst) en probeer niet al te opvallend te staren naar de spierballen en de gouden schakelketting met het teken van de leeuw van de dierenriem. Helaas wordt mijn nieuwsgierigheid te groot, dus ik maak een opmerking over de ketting: krijg je geen nekpijn van die grote schakelketting? Ja, nu ruim tien jaar later durf ik toe te geven dat het nogal lomp was. Maar toen vond ik het een goede openingszin.

Spierbal kijkt mij aan, trekt zijn wenkbrauwen op en antwoordt: ‘nee want zoals je ziet ben ik getraind en dan kan je dit wel aan.’ Ik zie deze uitspraak als een vrijbrief om heel ongegeneerd mijn ogen over zijn afgetrainde lichaam te laten glijden en leg mijn boek aan de kant. ‘Hmm ja, ik zie het. Wil je bodybuilder worden?’ deze uitspraak zorgt ervoor dat Spierbal in lachen uitbarst. ‘Nee, ik ben handballer op hoog niveau en ik vind het fijn om gespierd te zijn’. Aha… Handballer. Daar weet ik geen zier van. Dus zeg ik terug: ik vind het ook heel fijn dat jij het fijn vindt om gespierd te zijn. Na dit gezegd te hebben krijg ik een heel rood hoofd.  Dit is natuurlijk gevalletje: hoe zet je jezelf voor gek in 1 minuut ;).
Spierbal schatert het nu uit. ‘Zo jij bent wel lekker direct, wie ben je, hoe oud ben je en wat is je sterrenbeeld?’. Ik geef hem uiteraard antwoord op al deze vragen en vraag direct hetzelfde terug. Harald, blijkt spierbal te heten, en hij studeert economie. En nog iets. Maar dat bleef niet hangen. Oorspronkelijk komt hij uit Friesland, en hij is nu weer onderweg naar zijn kamer in Tilburg. We kletsen wat en ik raak hoe langer hoe meer gefascineerd van Harald. En vooral van zijn spierballen. Ik kan er alleen maar een soort van naar staren en wil er eigenlijk stiekem aan voelen maar dat lijkt me nogal een inbreuk op zijn privacy. Dus ik doe het niet. Tot hij zegt: Peggy, je staart als een gek naar mijn armen, wil je er misschien even aanzitten? En ik aarzel niet met mijn antwoord maar betast zijn arm al te graag. Rrr.

Op een gegeven moment moet ik overstappen.  Aangezien ik tot dan toe niet gewend was om een telefoonnummer te vragen, krijg ik het Spaans benauwd bij de gedachten dat ik hem dadelijk nooit meer zie. Ruim vijf minuten voor we stoppen zeg ik dan ook: ja ik moet er hier zo uit…. Harald: ja, oh nou ja ik mag nog even blijven zitten. Stilte. Ik: dus ik ga nu even mijn spullen pakken. H: Ja je boek en zo. Ik: inderdaad. STILTE.
Ik schraap mijn keel, staar nog een keer naar de vriendelijke spierballen, kijk op en vang de blik van Harald. Hij grijnst uitgebreid. H: tsja, dan zal ik nu je email maar eens vragen dan kunnen we misschien MSN-en (hee dat deed je in 2003). Ik: dat lijkt me leuk, dit is mijn email. Nu tien jaar later ken ik dat ook nog uit mijn hoofd maar beetje lullig om hier neer te zetten.

Thuis gekomen ren ik zo ongeveer naar de computer en meld hem aan op MSN. En dan kan het grote chatten beginnen. Oh ineens was chatten mijn nieuwe hobby. We kletsen uren en uren, dag na dag tot op een gegeven moment Harald vraagt of ik naar hem toe kom in Tilburg. Daar hoef ik niet over na te denken dus twee zaterdagen nadat ik hem ontmoette zit ik in de trein naar Tilburg.

Harald haalt mij af op het station. Hij draagt een strakke witte broek, en een zwart mouwloos hemd met zijn ketting duidelijk zichtbaar. Ik val weer in katzwijm van deze , voor mij, Nederlandse Peter André. We gaan naar zijn studentenhuis, ik ontmoet zijn huisgenoten en we drinken ice tea. Op een gegeven moment moet hij ‘er even tussen uit voor zijn dagelijkse krachttraining’.  Dat vind ik achteraf echt een beetje bizar maar toen leek me dat ook wel logisch, hij is natuurlijk niet met die spieren geboren. Ik blijf op de kamer van Harald achter en hij vindt het oke dat ik zijn computer en tv gebruik. Hij is vijf minuten weg als ik zo nieuwsgierig ben geworden dat ik besluit zijn kamer te doorzoeken. Niet dat ik op zoek ben naar iets, maar gewoon omdat mij dat leuk en nuttig lijkt (ik heb het vast ergens gelezen). Dus ik trek alle lades open en ga als een gek door zijn kledingkast. Ik haal er alles uit en bewonder heel veel hemdjes en t-shirts en strakke broeken. Natuurlijk leg ik alles terug.
Daarna ga ik achter de computer op hotmail en besluit een bericht te sturen naar mijn vriendinnen met een update van die dag.
Na minder dan twee uur komt Harald terug zijn kamer in. Hij is bezweet, zijn spieren glimmen als een gek, en als hij binnenkomt zegt hij: zo, wat een hitte, ik ga zo eens even douchen. Hij trekt zijn t-shirt uit en ik word in beslag genomen door zijn gruwelijk platte buik in blokjes (maar goed dat ik vaak naar Peter André staarde want daardoor kan ik nog een soort van nonchalant blijven). Ik stamel: euh ja doe dat. Ik draai me om op de bureaustoel en probeer naar de computer te staren.

Hij komt de kamer weer binnen: ‘wat zal ik zo aandoen?’ ik: ‘Ja, hoe moet ik dat weten? Ik zou iets luchtigs doen als je het zo warm hebt.’ Harald: ‘Nou dat weet jij heel goed want jij hebt mijn kledingkast doorzocht want alles ligt precies andersom dan ik het had neergelegd’. Oei. Betrapt. Ik: euhm dan doen maar dat donkerblauwe hemdje zonder mouwen. Harald: hahahahha dat is goed.

In zijn blauwe hemdje ziet hij er zo onweerstaanbaar uit dat ik echt alleen maar kan staren. We gaan samen koken (taco’s), drinken wijn, kletsen en kletsen. Het is gezellig. Op een gegeven moment zoenen we en ben ik ultiem gelukkig. ‘Zal ik je masseren?’ vraagt Harald. Niet dat ik ooit een massage had gehad, maar op zich leek mij dat een goed idee (en het past in het stappenplan van de Cosmopolitan, ‘de eerste keer en meer’).  Ik knik instemmend. ‘Dan moet je even je truitje uitdoen, en je schoenen, en je rok en hier op bed komen liggen. SLIK. Oe daar had ik geen rekening mee gehouden. Maar ach ja, wat kan mij het schelen. Dus ik trek het gevraagde uit, plus mijn sokken (ik droeg altijd sokken want ik heb altijd koude voeten, tegenwoordig weet ik dat sokken aanhouden niet passen bij een sexy gevoel en dat je daar koude voeten voor over moet hebben). Daar lig ik dan en Harald gaat aan de slag met olie. Eigenlijk is het wel fijn, maar het is ook wel een beetje pijnlijk. Halverwege wordt mijn BH ineens losgemaakt. Ik denk nog: dit kan ik aan. Ik word in mijn nek gezoend. Op een gegeven moment denk ik echt: wow ik ga HET gewoon doen. En ik ben spontaan zenuwachtig. Maar dan denk ik weer aan tip 5 van de Cosmo: blijf rustig en denk aan je ademhaling. Dus ik lig daar mijn best te doen om rustig te ademen. Als ik ineens bedenk dat dit vast het moment is om over voorbehoedsmiddelen te beginnen. Dus ineens zeg ik out of the blue: ‘ik weet niet wat er verder bij deze massage komt kijken, maar euhm wat er ook gebeurt, ik slik geen pil dus jij moet wel een condoom om doen’.  ‘Rustig maar, zegt Harald, het komt goed.’
En het kwam goed.

Tsja Harald. Als ik er nu aan denk moet ik er nog om gniffelen. Ik vond hem zo leuk. Ik was zo smoor verliefd dat het bijna pijn deed. We hebben na die eerste keer nog twee keer afgesproken in Tilburg. Bij de derde keer zei hij: Peggy, je bent leuk je bent mooi je bent grappig, maar ik mis net dat gevoel net die vlinders en daarom kan het niets tussen ons worden.
Dat deed wel even pijn. Maar ik vond het ook wel mooie woorden (ik heb ze daarna zelf vaak gebruikt ;)).

Wat ik nog moet vertellen is dat ik, toen ik 2 jaar later zelf aan het studeren was en op mezelf woonde Harald nog een keer ben tegen gekomen bij het uitgaan. Ik was iets meer gewend, maar toen ik hem weer zag met zijn spieren sloeg de vlam er weer in. Ik ben naar hem toe gegaan en heb hem uitgenodigd bij mij thuis op mijn kamer, in het appartement waar ik woonde met Eva. Die avond dat hij zou komen was ik zo zenuwachtig dat ik tegen de deurposten aanliep, als een malle ging schoonmaken en mijn roze kamer met biggetjes zo gezellig mogelijk probeerde te maken met een kleine tweehonderd kaarsen. Toen Eva kwam checken hoe het eruit zag was haar commentaar: Peggy! Die kaarsen, dat zijn er te veel, het is hier gewoon heet van de kaarsen, waarnaar ze 100 kaarsen uitblies. . . Harald is langs geweest maar we hebben alleen gekletst. Waarschijnlijk was mijn plan niet geheel subtiel….

Nooit-vergeten-altijd-onthouden-tips:
- ‘mag ik hier zitten want ik word misselijk als ik achteruit rijd in de trein’ is een goed excuus om tegenover iemand te gaan zitten die verder alleen in een coupé zit.
- Als je iemands kast doorzoekt onthoud dan goed hoe en waar alles lag (en leer netjes vouwen).
-Sokken doe je uit bij een massage.
- 200 kaarsen bij een date zijn niet subtiel, 100 waarschijnlijk ook niet.

Tot de volgende keer bij de I.

Liefs, P. 

dinsdag 10 september 2013

De G van Grant


Ik snap dat deze naam meteen vraagtekens oproept dus hupsakee meteen het kadertje:

Grant. (spreek uit: grent, oftewel op zijn Engels, beter nog: Canadees).
uiterlijk: 1.78m, type Amerikaanse rouwdouwer, dus een beetje een stierennek, zwarte krullen, vriendelijk ogen. Het type waarvan je denkt: is ie nou cool of gewoon een rare vogel?
beroep: iets leidinggevends bij een bekende Canadese bank (ik ken alleen geen enkele Canadese bank).
Sterrenbeeld: weegschaal.
Locatie: Ko Tao, een subtropisch eiland dat onder het koninkrijk van Thailand valt.

Zomer 2008. Ik ben met Eva op vakantie, en vooral doortocht in Thailand. Je moet je bedenken dat wij een soort van trip maken door Thailand, wat voor mij onwijs avontuurlijk is want dit is de eerste keer dat ik buiten Europa ben. Verder is het de eerste keer dat ik inentingen heb moeten halen en dat ik te maken krijg met Armoede. Ja met een hoofdletter. En samen met Eva heb ik al het binnenland van Thailand gezien als we neer strijken op Ko Tao.

Ko Tao is zoals je een tropisch eiland voorstelt. Met wit zand, altijd minimaal 25 graden, warm zee water (serieus, heerlijk), een man die langskomt met ananas die je dan voor 25 cent kunt kopen en heel veel kleine visjes waardoor het continue lijkt alsof je in een groot aquarium zwemt. De eilanden zijn altijd heel geliefd onder de toeristen gewoon omdat het er mooi is om overdag te zonnen en ’s avonds kun je een ‘fuckit good buckit’ drinken met wodka, heel veel wodka en een vleugje cola.

We zijn hiervoor al in een nationaal park geweest, waar we onder andere op de vlucht zijn geslagen voor bloedzuigers en een mega klim tocht hebben gemaakt naar een waterval dus we zijn hier voor om te relaxen.
De eerste avond dat we hier beland zijn is er iets van voetbal op tv. Vergeef me, geen idee of het een WK of EK was, en ik weet zelfs niet meer of het een wedstrijd was van het Nederlands elftal of gewoon van Guus Hiddink, maar het was voor ons in ieder geval de reden dat we ’s avonds een emmertje gingen drinken met heel veel wodka. 

Diezelfde avond hadden we bedacht dat het echt een heel leuk idee zou zijn als we aan onze Amerikaans vaardigheden zouden werken. Oftewel: we gaan doen alsof we uit de USA komen. Met een fantastisch accent. Nog leuker leek het ons om te doen alsof we uit Texas komen. Want in Texas gebeurt het (???), of nou ja, wij hebben ooit hele grappige Texanen ontmoeten die zo leuk praatten dat we bedachten dat wij dat ook moesten kunnen. Samen bedenken we de fantastische tekst: is it a mexican? No, it is a Texican. Dat kan ook over alles gaan. Kortom, met ons licht aangeschoten hoofd hebben we het enorm naar ons zin. We komen een groep ‘landgenoten’ tegen (wat op dat moment iedereen was die een soort van Engels sprak), en vol overgave raken we aan de praat. Al snel kom ik op het idee om heel hard te roepen: ‘let’s go to the strend’. Juist, het woordje beach was ik compleet vergeten. Zodoende belanden we met een groep Amerikanen en Canadezen op een feest bij een strandtent. Het is gezellig en we delen emmertjes wodka met elkaar en we gaan lekker los op de muziek. Ik raak op een gegeven moment aan de praat met Grant.
Het is een sympathieke gast om te zien. Ik ben daarentegen vooral heel luidruchtig en ik vind mijn eigen grappen echt de beste van de wereld. Hij is een soort van gereserveerd en beleefd, ik ben alles behalve dat. Kortom, gevalletje: tegenpolen. Na de tweede emmer wodka ben ik eigenlijk te dronken om op mijn benen te staan en Eva ook, dus besluiten we om naar ons fantastische slaaphutje te gaan en we spreken af om onze nieuwe groep ‘landgenoten’ de volgende dag weer te ontmoeten.
Grant wenst me een fijne nacht en spreekt de hoop uit dat hij mij morgenavond weer ziet. Ik vind het prima, hij is wel geen Texican, hij is wel aandoenlijk.

De volgende dag word ik wakker met een oorontsteking, of in ieder geval iets anders wat mijn gehoor verstoort. Maar ook al hoor ik nog maar met een 1 oor dan nog besluiten we dat dat de pret, en vooral de afspraak van vanavond niet mag verstoren. Op de afgesproken tijd zijn we in een groene outfit, het is Canada Day, wederom bij de strandtent.  Grant is er ook, en hoewel we heel beleefd staan te keuvelen wordt het flirten wel iets opvallender. Gelukkig is Eva ook onder de pannen (al blijkt het achteraf een hele  rare vent te zijn met een verzilverde airmiles kaart die nieuwe leden probeert te werven), dus op een gegeven moment trippel ik met Grant over het strand naar een palmboom met daaronder een boomstronk.

Daar zit ik dan, volle maan, de kabbelende zee, het witte zand, mijn slechte gehoor, en de man van de avond naast me. Hoewel ik echt bedenk dat dit de mooiste plek is voor romantische aangelegenheden, probeert Grant iets aan mij te vragen, wat ik niet kan verstaan omdat ik met mijn dove oor aan zijn kant zit. Dus ik grijns een soort van sulachtig terug, want internationaal gezien kan worden als een ‘ja’ op de vraag of hij me mag zoenen. Het zoenen is fijn. Het wordt ook steeds fijner en op een gegeven moment staan we  op om naar zijn strandhut te gaan. De strandhut van Grant is ruimer, chiquer en voorzien van airco dan die van ons. Met een heel groot lekker zacht bed. Bedden staan er niet voor niets en ik plof op het bed neer met mijn Grantje boven op me. Het Grote Verleiden kan beginnen.

Oke, zonder nu heel vulgair te worden, soms heb gevallen waarvan je denkt: duurt even maar dan heb je ook wat. Dit is het geval: duurt even en dan heb je nog niks. Na een tweede poging om een daad uit te voeren, lukt het nog niet en ben ik ineens boos. Niet een beetje boos, maar ontzettend boos. Stoom uit mijn oren boos (alleen het oor dat nog hoort want uit het dichte oor kan geen stoom komen ;)). Ik slinger alle Engelse verwijten die ik kan bedenken naar het hoofd van Grant, met als toppunt dat ik het niet vind kunnen dat hij mij mee naar zijn hutje neemt om vervolgens niet te presteren. Omdat op een gegeven moment mijn Engelse woorden op zijn, en omdat ik klaar ben met deze internationale ervaring, been ik boos de hut uit, terug naar de hut van Eva en mij. Eva is verbaasd maar als ze mijn stomende oor ziet, en boosaardige uitdrukking vraagt ze niet verder en gaan we lekker slapen.

The day after vertel ik Eva het hele verhaal. Dat ik echt veranderde in een boze bitch toen de avond niet liep zoals ik verwachte, en dat ik mogelijk ook wel hele lelijke dingen heb gezegd, en niet alles heb gehoord. 
we zitten die avond lekker loempia’s te eten als Grant naar mij toeloopt. Ik stik bijna in mijn loempia maar gelukkig is Eva zo aardig om wel gewoon te praten. Hij is nogal nerveus en op een gegeven moment, als ik net mijn laaste hap loempia heb doorgeslikt vraagt hij of hij mij even alleen kan spreken.
Nou ja, ik ben de beroerdste niet, en wel de nieuwsgierigste, dus ik ga met hem mee. Wederom naar de palmboom met de boomstronk, waar we plaats op nemen. Als we twee minuten zitten biedt Grant zijn excuses aan voor de avond ervoor. Dit ondersteunt met tranen. Ja. Heel sneu. Hij zit gewoon naast me te snikken. Oke, zo erg had ik het ook weer niet bedoeld. En dan komt er een heel lang verhaal over ‘falen’. In het leven van Grant. Dat hij altijd bang is om te falen, in zijn werk, in sporten in alles. Dat alles zo competitief is back home, en dat hij gisteren heel graag van alles wilde maar dat hij op het moment supreme gewoon een faalangst aanval had.

Oke, dit klinkt alsof het gezegd was in 3 minuten, maar geloof me, ik heb drie kwartier op de stronk gezeten, met een dokter Phil hoofd. Toen ik bijna doorzit plekken kreeg , verscheen Eva gelukkig ten tonele. Pfft, gered! Ik heb Grant gerustgesteld, hem nog een goede tongzoen gegeven en heb vervolgens de hele avond met Eva gevierd dat wij geen faalangst hadden! Yes!

Nooit-vergeten-altijd-onthouden-tips:
- ‘strent’ is geen engelse term, en ook ‘texican’ bestaat niet ;).
- een tropisch eiland is een fantastische plek voor romantische aangelegenheden.
- sommige mannen zijn gevoeliger dan je denkt.
- dr. Phil spelen is nog best lastig!

De volgende keer is de H al weer aan de beurt! Alvast verklappen: van Harald!
Tot dan!

Liefs, Peggy. 

zondag 1 september 2013

De F van Frits




Ach ja, Frits Fiets. Hahaha. Wat een verhaal weer. Een onvervalste oude verleidingstruc. Ik weet niet of je het moet overnemen maar tot op de dag van vandaag vind ik het een hele goede grap!
Komt het kadertje!

Frits. (hij heet niet echt Frits Fiets, zo noem ik hem gewoon).
uiterlijk: studentikoos, met krullen, een bril, beetje klungelig. Hij zou zo mee kunnen doen aan Nerds in the City. Wel behoorlijk lang: 193 cm.
Beroep: student economische bladibla.
Sterrenbeeld: Maagd.
Locatie: festival eerstejaarsstudenten markt – kroeg- huis.

Op een mooie zomerse dag eind augustus ben ik in de stad beland waar het eerstejaars feest is begonnen voor de nieuwe studenten. Ooit deed ik daar zelf enthousiast aan mee, maar je wordt langzaam ouder dus dan ben je vooral de coole ouderejaars. Ik ben daar met een hele grote groep vriendinnen en we besluiten dat bier het beste is dat we kunnen drinken.

Daar staan we dan, bier drinkend, mee blèrend op verschillende Nederlandstalige muziekjes. Het duurt niet lang of we trekken de aandacht van een Heren (of Heeren) dispuut. Je kent dat wel, een groep jongens in dezelfde polo (of pak als ze ALV, BLV of wat voor V ook hebben) die allemaal om het hardste brullen. Ik hou ervan, en ik ben zelf geen haar beter.

Na de nodige beleefdheden uitgewisseld te hebben (naam & studie) begint altijd het Grote Integreren. Het met elkaar praten en lijntjes uitleggen. Wie weet wat je ten slotte aan elkaar hebt! Ik raak aan de praat met Frits. Een lange jongen, beetje verlegen komt hij over. Ik vraag wat hij studeert, (iets economisch) en begin daarna wat over mezelf te vertellen. Hij weet hoe hij moet reageren en al snel heb ik een goede gesprekspartner erbij. We babbelen een eind met elkaar weg en het is stiekem best gezellig.
Als ik op een gegeven moment op het idee kom om toch zijn geboortedatum te vragen (dat doe ik altijd voor het sterrenbeeld, is een enorme irritante tik van me) kom ik erachter dat hij nog maar net twintig is. Dat vind ik al heel grappig, zo’n schattig jongetje dat daar naar mij staat te luisteren. Ik geloof dat ik minimaal drie jaar ouder ben. Even voor de duidelijkheid.

Het bier blijft maar komen en eigenlijk worden we stiekem best dronken. Ik in ieder geval, ik weet niet hoe lang het duurt voor een 193 cm lange kerel dronken wordt??? ?? Wat ik wel weet, en vooral zie, is dat Frits me gebiologeerd begint aan te staren. En dat hij heel lang om mijn hele hele flauwe grappen lacht. Zelfs de uitspraak: 'Okidoki karoake' is ineens een dijenkletser.
Op een gegeven moment verplaatst het feest zich van het terras van de kroeg, naar de binnen. Ik blijf echter lekker buiten hangen met Frits. We praten verder. Tot ik echt besluit dat dit het moment wordt waarop ik naar huis moet gaan.

Een soort van subtiel begin ik dat aan te kondigen. Nu moet ik er wel bij vermelden dat ik van nature niet subtiel ben aangelegd. Nog niet al wil ik graag. Maar dit keer lukt het me aardig om op te merken dat het ‘tijd wordt voor een kop koffie’ op mijn bank.
Frits heeft het niet helemaal door, maar, misschien omdat hij goed is opgevoed besluit hij toch maar om met mij mee te fietsen.
Daar gaan we slingerend en wel. Bij mijn huis aangekomen stap ik af, ik bedank hem voor de leuke avond en ik sta expres net iets te lang stil om ‘mijn huissleutel’ te zoeken. Lang genoeg in ieder geval om Frits mijn nummer te laten vragen. ZO, de telefoonnummers zijn uitgewisseld, ik kan gaan slapen.
Laat appen of smsen altijd van een man (in de geval: jongen) uit komen. Dat is mijn spelregel. In dit geval hoef ik niet lang te wachten of ik krijg berichtjes. Heel lief, wel een beetje bleu, maar ach dat maakt niet uit. De dagen erna gaat het vrolijk door tot het onvermijdelijk onderwerp komt: gaan we nog een keer afspreken?

Ik wil best afspreken, maar ik heb geen zin in een dispuuts huis. Weet je wel, met korsten op de vloer, vliegen op het aanrecht en een wc met een beslag laag in en op de bril. Maar helaas is Frits nogal overtuigd van zijn huis. En het ziet er naar uit dat ik daar toch echt heen moet.
Vrijdagavond 20uur. Ik heb over een half uurtje afgesproken. Ik leg een laatste hand aan mijn make-up. Ik bedenk dat het tien keer relaxter is als hij bij mij langskomt maar dat ik dan wel een goed excuus moet hebben.
Om 20.15u bel ik Frits op om te zeggen dat mijn fietsbanden lek zijn. Heel vervelend natuurlijk want ik kan dat niet maken. Hoewel Frits een beetje twijfelt over dit argument begint hij toch wel in te zien dat het handiger is als hij bij mij komt.

Even voor de duidelijkheid, mijn fiets is alles behalve kapot. Het kost me wat overtuigingskracht maar Frits wil best even langskomen om mijn niet kapotte fiets te maken. Shit. Nu moet ik dus mijn eigen fiets slopen. Of iig de banden lek steken of zo. Ja doei. Dat ga ik niet doen, maar hoe los ik dat op?
Nou fjieuw, ik woon in een buurt met veel studenten. Dus ik ga naar het nabijgelegen studentenhuis en jat een kapotte fiets uit de tuin. Een waar barrel. De banden zijn iig stuk (en het zadel ook maar goed, een plastic zak eroverheen verbloemt het behoorlijk). Dus daar staat mijn nieuwe kapotte fiets. (het slot was nog een probleem, maar het was geen AXA dus als je dan een hamer pakt tik je hem zo open). Te wachten op de handige handen van Frits.

Om 20.45u staat Frits voor de deur. Met gereedschap. Of nou ja, wat er voor door moet gaan. Ik laat hem heel beteuterd mijn fiets zien. Hij gaat hard aan de slag. En hij weet de banden iig te plakken. YES. Na deze prestatie wordt het tijd voor een fysieke beloning dus ik beland zoenend met hem op de bank.
Laat ik het zo zeggen, de bank werd het bed, maar ik kwam er ook achter dat ik überhaupt de eerste vrouw was die hij naakt zag in real live. Tsja. Dan gebeurt er wel wat maar niet alles, want de eerste keer moet met iemand zijn waar je verliefd op bent ;) althans zo  heb ik het geleerd van de Fancy en de Break Out.
(ik heb natuurlijk nooit verklapt dat die fiets een slechte smoes was om hem in bed te lullen, maar die extra fiets was wel super makkelijk :P ).

Nooit-vergeten-altijd-onthouden-tips:
- een man/jongen moet jou altijd als eerste appen, smsen of bellen.
- een mannenstudentenhuis, daar moet je nooit aan beginnen.
- een kapotte fiets is DE smoes om niet bij hem thuis af te spreken, en dan kan hij mooi iets voor je doen (mannen helpen graag hulpeloze vrouwen ;) ).

Tot de volgende keer,

Liefs,
Peggy.