donderdag 11 juli 2013

De C van Charlie

 Ja dit is een bijzonder verhaal. Niet alleen maar leuk, ergens ook een beetje verdrietig. Maar, het is wel een goed moraal verhaal. Nou ik begin weer met de situatieschets.

Charlie (spreek uit: ‘sjarrlie’, niet te bekakt die ‘ch’ klank).
uiterlijk: 185 cm, normaal gebouwd, mannelijk gezicht met veel kaak, een hele grote bos krullen, een piepklein diamantje in zijn linker oor.
beroep: iets technisch (wat ik niet na kan vertellen).
sterrenbeeld: leeuw.
locatie: een kroeg. Om nog specifieker te zijn, een ski hut voor volwassenen (oftewel: houten vloer en dito banken, een ontzettende bierlucht, laaghangende lampen waar je aan kunt slingeren, barmannen in hele kleine korte broekjes).

Het is een redelijk koude winteravond als ik voor het eerst in maanden weer eens ga stappen met mijn vriendin Stella (die ik vanaf nu in deze blog ‘Stelsie’ noem). Altijd als ik met haar ga stappen weet ik dat ik weer van alles mee ga maken. Ik ben er altijd een beetje op bedacht.
 
Die avond gaan we eerst lekker wat drinken in een kroeg, we beginnen de avond maar met de nodige biertjes. Ik denk dat het vijf minuten duurt voordat Stelsie aan de praat raakt met 2 mannen, en we een groepje met zijn vieren vormen waarin we het ene mooie verhaal na het andere opdissen. (Serieus, als we met slechte verhalen ons geld zouden kunnen verdienen, zouden Stelsie en ik RIJK zijn, met kapitale letters.)

De avond vordert en vordert en tegen middernacht besluiten we dat we moeten gaan dansen. Nu heb ik al eerder gezegd dat gymmen niet mijn ding is, dat geldt ook voor dansen. Ik heb het ritmegevoel van iemand die doof is zonder armen en benen (als je doof bent, en geen armen en benen hebt en dit leest, neem het niet te persoonlijk op, ik wil je niet beledigen). Ik voel niks aan, juist geen ritme. Dat geldt ook voor Stelsie trouwens, wij kunnen in principe drie dansjes: 1. Springen op de plek. 2. Polonaise. 3. Solonaise (alleen rechtdoor lopen met een arm vooruit gestoken). Daarna houdt het op. Wij willen dus ook niet naar hippe clubs of wat dan ook, nee, skihut it is. En daar staan we dan, volledig los te gaan op nummer van One Two Trio en Paul de Leeuw (vlieg met mij meeeee naar de regenboog), oh als je nu denkt dat wij ons heel beschamend in een hoekje vermaken: nee hoor, wij staan altijd op een podium, voor in het zicht!

Stelsie is in een fling beland met een van de kerels uit het café, ik geloof dat hij Patrick heet. Op een gegeven moment is het mijn beurt om een drankje te halen. Ik loop naar de bar voor mijn bestelling, als ik sta te wachten vang ik de blik op van een ontzettende leuke kerel. Hij heeft super mooie krullen en een hele vrolijke houding. Ik ben onder de indruk en probeer zo normaal mogelijk te lachen (en niet sullig te grijnzen), ik krijg een knipoog terug en op dat moment mag ik bestellen, als ik weer opkijk is Krullenbos verdwenen.  Ik merk aan mezelf dat ik heel erg onder de indruk van hem ben. Ik heb het idee dat het liefde op het eerste gezicht is! Ik voel me zo tot hem aangetrokken, ongelofelijk.
Met de drankjes manoeuvreer  ik me een weg door de menigte, terug naar Stelsie, Patrick en Saaie Vriend. Ik ga vooral weer op het podium staan op zoek naar Krullenbos. Ik weet hem te lokaliseren, en net op dat moment besluiten mijn stapvrienden dat we  gaan roken. Dat moet natuurlijk buiten, dus we beginnen aan de tocht.
Als we bijna bij de deur staan komt Krullenbos mij tegemoet: ‘hee wat ga je doen?’. Ik: ‘roken, buiten, ik moet mijn vriendin in de gaten houden!’ Krullenbos: ‘oke, ik zie je zo, jou moet ik spreken vanavond!’.  Daar ben ik het ontzettend mee eens dus ik knik instemmend. God, wat een mooie vent! Ik weet gewoon nu al dat het gaat klikken!

Buiten gekomen raak ik aan de praat met Belgische toeristen,  ik raak Stelsie kwijt en  mijn sigaretje duurt toch wat langer dan normaal. Uiteindelijk ga ik weer naar binnen, Stelsie achter mij aan, en bestellen we nog even een drankje aan de bar om elkaar te updaten.
Op een gegeven moment komt Krullenbos naar me toe, met een sigaret in zijn handen: ‘hèhè daar ben je! Ga je nu met mij mee naar buiten? Ik heb een sigaretje.’ Ik ben de beroerdste niet, dus ik ga mee. Ik denk dan nog: hoezo heeft hij ineens een sigaret? Rookt hij toch? Maar goed, kan me niet echt schelen.
Buiten is het een stukje rustiger dan binnen, en ik kan normaal praten zonder dat ik moet schreeuwen. Ik kijk krullenbos aan: ‘hai, ik ben Peggy, samen sigaretje roken dan maar?’. ‘Nee dank je, deze is voor jou, ik wilde gewoon zeker weten dat ik met je kon praten, ik ben Charlie’.
(Wow, die sigaret is dus gewoon voor mij gebietst, ik vind het een goede versiertruc en ik vind hem leuk!). We raken aan de praat, het is onvoorstelbaar hoe snel je soms merkt dat er een klik is tussen jou en iemand anders (toegegeven, er is een causaal verband tussen het aantal biertjes dat je drinkt en het aantal gesprekken dat je dan als ‘goed’ betiteld). Ik had het bij het rechte eind, dit klikt onwijs en  ik heb het ontzettend naar mijn zin! Als we het toch wel koud beginnen te krijgen zegt Charlie: ‘Kun je goed zoenen Peggy?’. (voor de mannen die dit lezen: dat is altijd een retorische vraag!). Er is maar een antwoord mogelijk (in dit geval): ‘ik stel voor dat je het probeert’. En zo sta ik dus buiten te zoenen, voor de kroeg, koud tot op het bot maar er was ook een maan! En,het is een goede, heerlijke zoen ( zo een waarvan je denkt: daarom is de mensheid gaan zoenen).

We gaan weer naar binnen, nemen nog een drankje. Ondertussen komt Stelsie ook nog even kennis maken (niet denken dat ik haar verwaarloos, die is ondertussen helemaal happy met Patrick en staat binnen te zoenen). We zoenen verder aan de bar, totdat de Dj omroept: ‘willen de zoenende volwassenen hun activiteiten ergens anders voortzetten? En vervolgens een glas vol ijsklontjes over ons heen kiepert…. (Heb je nu ook een plaatsvervangend schaamtegevoel? Ik word namelijk nog rood als ik er aan denk dat dat is omgeroepen. Toen ik zeventien was en net uitging vond ik zoenende volwassen aan de bar altijd heel sneu en stom, nu ben ik er dus zelf één). Oké, tijd om nog even te praten. Ik vraag je waarom je nog single bent. Je antwoord is verrassend: ‘ik heb geen lange moeilijke gebruiksaanwijzing, ik ben gewoon af en toe een beetje gek’. Dit antwoord prent ik me in. Jij moet terug naar je stapmaten, ik ga Stelsie meenemen voor een kaassoufflé bij de Febo.

Als we naar huis lopen vertel ik Stelsie alles. Ook die opmerking dat je ‘af en toe een beetje gek bent’. Ik heb daar een raar voorgevoel bij. Ik heb al de gave om mensen te ontmoeten met de meest bizarre  karakters, hobby’s en levensovertuigingen. Dus wat moet ik me hier bij voorstellen? Als je dat over jezelf zegt, ben je dan een psychopaat? Of heb je een mega strafblad? Of… Ik kan duizend rare dingen bedenken. Stelsie zegt: ‘ Ach pegg, laat het, morgen belt ie je, en waarschijnlijk verzamelt hij gewoon modeltreintjes of hij is lid van de scouting’.  Het is al bijna ochtend als we ons bed in rollen.

The day after, hebben we allebei een klein katertje. En onze telefoons ontploffen van de appjes. Na het ontbijt appt Charlie: ‘Hè schoonheid, ik heb zo’n heerlijk avond met je gehad, zullen we straks even bellen?’  Lijkt mij een goed idee want mijn slechte voorgevoel is er nog steeds niet minder op geworden. Ik heb net gestuurd dat me dat een puik plan lijkt, als Charlie al belt.
Nu moet je ook weten dat ik totaal niet subtiel ben. Ik probeer het altijd wel, maar ik ben redelijk direct. Ik besluit dan ook niet te lang om de hete brij heen te dragen. Een weergave  van het telefoongesprek:

C: Hallo schoonheid, lekker geslapen. P: ja hoor, jij ook? C: heerlijk, ik vind het fantastisch dat ik je heb leren kennen! P: ik ook ik ook, maar euhm er zit me iets dwars. C: wat dan? P: ik ga het je gewoon heel direct vragen. Jij vertelde gisteren dat je niet moeilijk bent, maar ‘af en toe een  beetje gek’. Ik heb daar een raar voorgevoel aan over gehouden. Kun jij je misschien nader verklaren?
C: Pegg, wil je dat ik dat nu aan de telefoon doe of zullen we ergens wat gaan drinken? P: ik wil het nu weten. C: oké. Ik zal het je vertellen. Maar ik wil vooraf gezegd hebben dat als je er niet naar had gevraagd ik het op de eerste date verteld zou hebben.  Goed. Je kent me nu als Charlie. Maar elke zondagmiddag verander ik in Charleen, ik ben een transseksueel.

Juist. Dat lees je goed. Ik ben aan het bellen met een man die een vrouw wil zijn op zondagmiddag (ook bizar dat er dus een dag in de week is waarin je kunt toestemmen je tweede zelf te zijn :S). Van complete schrik verbreek ik de verbinding. En vertel ik het verhaal aan Stelsie. Die dit het toppunt van grappig vindt. Ik vind het iets minder grappig, want serieus, ik vond het echt zo’n leuke vent! Als liefde op het eerste gezicht bestaat, was hij het voorbeeld. En nu is hij dus ook een zij. Wat moet ik hier mee?
Stelsie gaat naar huis en zegt: laat je niet meeslepen! Kap er mee nu het kan. Ik besluit om te gaan hardlopen en als ik thuis ben bel ik hem nogmaals op.

P: He, Charlie ik bel je toch even terug, want het is niet netjes dat ik zomaar ophang. C: ik snap dat je schrikt. P: euhm mag ik nog wat vragen: ben jij aan het sparen voor De Grote Verbouwing? (ik denk aan Jambers terwijl ik dit vraag: doordeweeks is hij een hardwerkende man, in het weekend dost hij zich uit in vrouwenkleding…) C: nee pegg, ik wil gewoon af en toe een vrouw zijn, maar ik laat me niet ombouwen. Aanstaande dinsdag wil ik eindelijk na 30 jaar uit de kast komen voor mijn vrienden en familie op facebook. P: oh euh oké. Nou ik heb nagedacht, en ik ga nu iets zeggen wat niet leuk is: ik accepteer je niet zoals je bent. Ik vind Charlie hartstikke leuk en aantrekkelijk. Ik heb een heerlijke avond gehad met hem. Maar ik kan niks met Charleen en ik wil haar ook niet leren kennen. Het spijt me, dit is de grens van mijn ruimdenkendheid. Als mens vind ik het allemaal prima, maar ik zie er geen toekomst in.
Het is even stil, dan hoor ik je snikken… C: dat snap ik Pegg, dank voor je eerlijke antwoord. Ik ben zoals ik ben en ik kan dit niet onderdrukken. Ik zou het leuk vinden als we facebook vrienden worden zodat je er bij kunt zijn als ik uit de kast kom en mocht je van gedachten veranderen dan wil ik heel graag met je daten.

WOW! Ik ben best een beetje van slag van deze woorden. Maar ik word wel even vrienden met je op FB. En ik denk mee over je tekst die je gaat posten. (ik voel me een beetje een Peggy Boomsma, met: ‘Uit de kast’ ) Ik vind het fijn voor jou dat iedereen zo positief reageert. Maar god o god wat is het jammer dat het zo moet lopen….

Nooit-vergeten-altijd-onthouden-tips:
- vertrouw op je voorgevoel en vraag het als je ergens een slecht gevoel over hebt! Serieus, dat is echt DE les die je hieruit moet trekken.
- Liefde op het eerste gezicht bestaat, maar  Cupido denkt niet echt na over geaardheid!
- de vraag: ‘kun jij goed zoenen?’ is altijd retorisch!
Dat was de C. Volgende keer de D!


Liefs Peggy!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten